Kristian Michiels voert het peloton aan tijdens de Kasteelronde van Mill.
Kristian Michiels voert het peloton aan tijdens de Kasteelronde van Mill. Foto: Marc van Zuylen

Kristian Michiels in vorm voor Daags na de Tour: ‘Ik ga knallen’

Sport

Hij heeft er duidelijk zin in. Kristian Michiels kijkt uit naar de Ronde van Boxmeer, die komende maandag op de rol staat. De 42-jarige amateurwielrenner uit Vierlingsbeek, die afgelopen woensdag op de tweede plaats eindigde in het avondcriterium van Boekel, staat tijdens Daags na de Tour om 12.30 uur aan de start van de Sportklasse. “Ik ga knallen”, zegt hij met een lach op zijn gezicht. “Het zou mooi zijn als ik deze thuiswedstrijd kan winnen.”

Maar dat weet je in het wielrennen natuurlijk nooit. De hardrijder uit Vierlingsbeek eindigde in de afgelopen maanden meerdere keren op een ereplaats, maar een zege zat er tot op heden niet in. Afgelopen woensdag werd hij in de afsluitende sprint net afgetroefd door Teun van Poppel. “Natuurlijk wil je altijd winnen, daar ben je sportman voor, maar eigenlijk ben ik er best wel trots op dat ik nog zo goed meekan tussen de jonkies. Ik ben pas na mijn voetballoopbaan, op mijn 34ste, serieus gaan wielrennen. Toen ik 36 was, heb ik mijn wedstrijdlicentie aangevraagd en sinds dat jaar neem ik deel aan officiële wielerwedstrijden onder de vlag van de KNWU.” Met een grijns: “Ja, ik ben een échte laatbloeier.”

Voetbal was jarenlang zijn sport. Michiels voetbalde jarenlang onder meer in de selecties van Volharding, JVC Cuijk en Venray. Als behendige, snelle aanvaller. Snel op de fiets blijkt hij echter ook. Insiders zeggen dat hij te laat als wielrenner is begonnen. “Tja, het leven loopt zoals het loopt”, vertelt Michiels. “Ook als voetballer heb ik een geweldige tijd gehad. En voetbal is een teamsport, dat vind ik ook belangrijk. Maar in deze fase van mijn leven, met een gezin met drie kinderen en mijn werk, past het wielrennen beter in mijn drukke agenda. Je kunt zelf bepalen wanneer je gaat trainen. Ja, ik vind het ook lekker om helemaal los te gaan op de fiets. Het is heerlijk als je moe thuiskomt, maar zonder pijntjes aan je liezen. Want daarom ben ik op mijn 27ste met het voetballen in het eerste team gestopt. Ik kreeg te veel fysieke ongemakken.”

Na een paar seizoenen bij Volharding drie, als voetballer en trainer-coach, besloot hij op zijn 34ste weer wat vaker op de wielrenfiets te stappen. “Als kind heb ik veel op de crossfiets gereden, geschaatst en als wielrennertje meegedaan aan verschillende Dikke Banden Races. Mijn vader (Toon, red.) was bij het wielercomité in Vierlingsbeek. Die wedstrijden om de kerk had je toen in bijna alle kerkdorpen.” De liefde voor de wielersport kreeg hij dus op jonge leeftijd ingegoten. “Maar dat is ook niet zo vreemd, want mijn vader komt uit het wielergekke Oploo, het dorp van de bekende wielerbroers Van Katwijk, en is een groot wieler- en schaatsfan. En twee bekende regionale amateurwielrenners, Ron Paffen uit Milsbeek en Stan Janssen uit Siebengewald zijn respectievelijk een achterneef en een achterachterneef van mij. Via de familiekant van mijn moeder Corry. Ja, er werd bij ons thuis aan tafel altijd veel over het wielrennen, maar ook over andere sporten, gesproken. En dat gebeurt nu nog als ze bij ons op bezoek zijn.”

Kristian Michels, die op zondag 28 augustus ook deelneemt aan de nieuwe wielerronde in kermisvierend Sambeek, maakt deel uit van het amateurteam van Mcycles in Merselo. “Ik train onder meer samen met Marcel Ruyten, de eigenaar van Mcycles, en Addie van Stiphout uit Helmond. Maar ook oud-Vierlingsbekenaar Stef van Rens uit Venray sluit regelmatig bij ons aan. We trekken er geregeld als team op uit om te trainen. Ja, het is fijn om een sponsor te hebben die een passie heeft voor fietsen.”

Maar nu maandag. Wat verwacht hij van Daags na de Tour? “Het is sowieso prachtig om in het voorprogramma van de eliterenners te zitten”, vindt de Vierlingsbekenaar. “Maar er staan zo’n zestig amateurrenners aan de start, onder wie een hoop jeugdige talenten, die allemaal willen winnen. Zeker tijdens dit criterium, voor veel publiek. Weet je: als het een beetje meezit, je moet in het wielrennen een beetje geluk hebben, kan ik bij de beste vijf eindigen.” Met een lach: “En met nog meer geluk, wellicht nog wel hoger. Ja, dat zou prachtig zijn, winnen voor eigen publiek. Daar droom ik nu al van! De vorm is in ieder geval goed.”