Column Ron Koenen
Column Ron Koenen Foto: Cartoon Ted Lenssen

Er komt een prins, dat is zeker

Column

Nee, ik word geen prins carnaval. Nooit van mijn leven!  Ik ben er gewoon het type niet voor. Laat mij maar lekker op de achtergrond mijn ding doen. Heerlijk in de luwte, zodat ik zonder me schuldig te voelen ook naar huis kan als ik wil. 

Ik ben er ook niet mee opgegroeid. Mijn ouders waren geen carnavalsvierders in hart en nieren, we gingen in mijn jonge jeugd ‘zelfs’ jarenlang op vakantie in Zeeland. Ik kan me uit die periode ook geen dronken carnavalsvierders over de vloer in huize Koenen in Lottum herinneren.

Wél kan ik me heugen dat we als gezin met de buurt deelnamen aan de optocht van De Peg in Lottum. Op Gekke Moandig, de maandag voor het échte carnavalsweekend, een traditie in Lottum, trokken we met buurtgenoten in jampotjes gestoken door het dorp. En ik weet ook nog dat we tijdens de optocht voetballend door het dorp liepen. Nee, de onderliggende thema’s weet  ik ook niet meer. Het zal wel iets met Flipje en sportpark Oud Aast, de thuishaven van voetbal- en korfbalclub Lottum, te maken hebben gehad, maar zeker weten doe ik dat niet meer. Wel weet ik nog dat er tijdens carnaval, ik geloof op zondag, een carnavaleske bokswedstrijd op de markt in het rozendorp werd gehouden. Ach, ja, het is lang geleden. Binnenkort tik ik alweer de vijftig lentes, waarvan ik er ondertussen meer doorbracht in het Brabantse Vierlingsbeek dan in het Noord-Limburgse Lottum, aan...

Carnaval: het was en is voor mij altijd meer een gezellig uitje. Lekker bier drinken en losgaan, even weg uit de ‘sleur’ ((ja, ik overdrijf graag) van alledag. In de puberjaren gebeurde het vieren van carnaval  vooral in het ‘stedje van lol plezeer’ Venlo en de voormalige disco Maraboe in Sevenum en, zeker niet te vergeten, tijdens de Gekke Maondaag in Grubbenvorst, jarenlang met (voetballende en niet-voetballende) gasten uit Vierlingsbeek, en later met een bezoek aan de Roetsj in Venray. Gezellig was het altijd, maar in de loop der jaren werden de vier dolle dagen er drie en ging ook het aantal stapuren allengs naar beneden. Hoe heb ik het vroeger in godsnaam vier (soms ‘zelfs’ zes, van donderdag- tot en met dinsdagavond) dagen en nachten volgehouden?, zo vraag ik me de laatste jaren steeds meer af. 

Maar wat hebben we een lol gehad tijdens carnaval! Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat genieten van muziek, dans, bier, friet en vooral van elkaar. Dag in, dag uit. In Venlo, Sevenum, Horst, Grubbenvorst, Groeningen en Vierlingsbeek, en andere dorpen en wijken waar we, soms ‘toevallig’, met bekenden en vaak ook onbekenden, terechtkwamen. En wat gun ik iedereen op dit moment, vooral de jeugd, weer een eigen, ouderwetse carnaval zonder beperkingen!

Maar het wordt dit jaar, ben ik bang, heel erg creatief improviseren. Want ik verwacht niet dat de regering alle coronaremmen los gaat gooien, zo vlak voor dé start van hét feest der feesten. Het zal puzzelen worden en blijven, gezien de (denk ik nog blijvende) anderhalvemeterregel, maar gelukkig mogen de cafédeuren wel gewoon open en kan er ook in tenten en in de open lucht ‘wat’ op touw gezet worden. Al staat de precieze invulling van dat ‘wat’  nog in de sterren geschreven. Het is aan de vooravond van de komende persconferentie, volgende week dinsdagavond, onzekerheid troef voor alle carnavalsvierders.

Waarschijnlijk moeten  ‘we’ er met z’n allen een (geplaceerde) mouw aan gaan passen. Maar Vierlingsbeek en Groeningen kennende, gaat dat vast goedkomen. Ik ben nu al benieuwd naar de definitieve plannen van de nog steeds zwaar puzzelende carnavalsvereniging De Keieschieters, ook en vooral naar wie de langverwachte opvolgers van prins Paul II en zijn trouwe adjudant René worden. Want, ja, er komen nieuwe, carnavaleske roergangers. Een andere prins gaat vanaf carnavalszaterdag met de scepter over alle Keieschieters en Keieschieterinnekes in Vierlingsbeek en Groeningen zwaaien. 

Want ondanks alle onzekerheid, is dat een zekerheid. Net zoals zeker is dat ik die nieuwe prins carnaval niet ben en dat ik een dag na de prinseninstallatie een katerig, zweterig gevoel heb.

Alaaf!