Column Ron Koenen
Column Ron Koenen Cartoon Ted Lenssen

Papier hier!

Column

Ik vond het gewoon erg leuk om te doen. Natuurlijk in de eerste plaats om aan de wens van mijn lieve vrouw te voldoen, die al jaren als dwarsfluitartieste van de harmonie de pannen van het dak speelt, maar vooral omdat het toch zo’n jongensdroom is. Wat wil je later worden? Nou, profvoetballer, piloot of vuilnisman!

Ik hoor het me nog zeggen op de lagere school in het rozendorp Lottum, met de inspirerende naam De Bottel. Want net zoals uit een bottel een prachtige roos groeit, zo groeit uit een basisschool een bijzonder mens. En bijzondere mensen, dat zijn vuilnismannen ook. Die zijn, net als dokters, verpleegsters, politiemensen en andere hulpverleners, namelijk onmisbaar in onze huidige consumptiemaatschappij. Dat hebben de afgelopen twee coronajaren wel duidelijk gemaakt.

Of journalisten  onmisbaar zijn? Tja, dat weet ik niet. Sommigen vinden van wel, anderen van niet. Daar moeten anderen maar over oordelen. Wat ik wel weet is dat ik het altijd wel lekker vond om zaterdagsmorgens voor het spekken van de kas van de harmonie als een soort van pseudo-vuilnisman oud papier op te gaan halen.

Weet je wat het is? Als mobiele papierophaler ben je buiten een paar uur lekker fysiek bezig. Ik zag het altijd meer als een sportieve work-out. In plaats van een rondje trimmen, even flink gas geven en al die pakken en dozen papier in rap tempo en zwetend als een otter in die persauto kiepen: heerlijk! Behalve die ene keer dat ik met Jan Stoffelen aan de beurt was en de temperatuur tot meer dan 30 graden Celsius opliep. Toen kwam ik thuis met een hoofd nog roder dan rood! Een topkreeft zou er jaloers op zijn geweest.

Het oud papier ophalen, het was eigenlijk ook een leuk uitje. Even weg van thuis, je hoeft op zaterdagmorgen een keer geen auto te wassen of de tuin te doen. En het gaf je voldoening, want iedereen die je tegenkwam, was blij. ‘Eindelijk zijn die pakken papier in de garage weer weg. Bedankt, hoor!’ Van sommige inwoners kreeg je dankbaar een chocoladereep, van andere dorpelingen een welverdiend drankje of een zuurtje. En bij sommigen stonden de kinderen al buiten te wachten; ‘Mag ik ons papier erin gooien, want ik wil later ook vuilnisman worden!’ En papa stond er dan trots naast te lachen. Prachtig, toch!?

Op die vuilniswagen ontstonden ook vriendschappen voor een paar uur. Want wat moet je als je een rondrit door een buurtschap als Schafferden maakt en honderden meters moet wachten tot het volgende ophaaladres? Appen kan niet als je achter zo’n op volle snelheid rijden papierperswagen hangt, bellen ook niet, dus je moet wel met elkaar praten. Zo heb ik achter op de vrachtwagen staand bijvoorbeeld heel leuke en openhartige gesprekken gevoerd met Vincent Gerrits, die ik al een hele tijd niet had gesproken. Ja, bij de frietkraam een keer, en in de supermarkt wellicht ook nog kort, maar voor de rest zitten wij niet in hetzelfde dorps-, vrienden- of kenniskringkringetje. We zien elkaar niet geregeld, zeker niet sinds onze zoons niet meer samen in een voetbalteam zitten en er vanwege corona geen carnaval meer wordt gevierd. We hebben, omdat we voor lagen op het ‘snelstetijdschema’, zelfs even lekker in het zonnetje in zijn achtertuin in Groeningen heerlijk gekeuveld over van alles en nog wat. Met onze chauffeur erbij.

Die chauffeurs, dat zijn ook altijd van die kleurrijke figuren. De ene keer heb je een brompot uit Helmond (kan ook Deurne of een ander oord zijn geweest), de andere keer heb je er eentje uit België, met een Brabantse inslag. Die hadden wij tijdens die bewuste rit. Die was helemaal verzot op zijn vak, vertelde zijn hele levensverhaal (‘80 procent zal wel verzonnen zijn’, wisten Vincent en ik al snel) en genoot van het immense Groeningse groen op de grens van de Maasheggen. ‘Hoor ik daar nou ezels balken?’, vroeg hij ook nog. “Ja, daar zit een ezelgasterij”, legde Vincent hem uit. “Wij hebben ezels als buren.” Die beste chauffeur kwam niet meer bij van het lachen. Ik weet zeker dat hij het nu nog geregeld heeft over zijn bezoek aan het groene paradijs (met ezels) in Groeningen. 

Die zwaar rokende chauffeur was er trouwens wel eentje die uit het goede hout gesneden was, het was er eentje met een hart van goud. Hij stapte namelijk uit om ons ophalers te helpen als er ergens een enorme berg papier stond, wat vooral op het industrieterrein nog weleens het geval kan zijn. Hij hielp zijn voetvolk dan, in tegenstelling tot die collega de keer ervoor. Die kwam alleen naar buiten als het perssysteem weer eens haperde of als het hem weer eens te lang duurde. Zwaar zuchtend en mopperend. 

Maar weet je wat ook leuk is aan het ophalen van oud papier? Dat je weet wat iedereen nieuw in huis heeft! Oh, hier hebben ze een nieuw zwembad, en daar hebben ze een andere televisie. En och, hier hebben ze de computer ingeruild en daar lezen ze de Playboy! Het is ongelofelijk hoeveel informatie het oud papier je kan geven! 

Ja, ik wilde als kind graag vuilnisman worden. En na afgelopen zaterdag wil ik zeer zeker weer snel als papiervuilnisman aan de slag. Voor de harmonie, maar ook voor mezelf. Want van zo’n file als bij Soetendaal, daarvan wordt toch niemand blij?

De oudpapierverenigingen wilden gewoon op de oude voet verder, de inwoners waren er tevreden over, net als de dorpsraden. Waarom dan die verandering? Ik heb gehoord dat het om een verkapte bezuiniging gaat, maar ook dat de chauffeurs en/of de vrachtwagenbedrijven niet meer met niet-gecertifieerde papierophalers aan de slag willen. Precies weet ik het niet. Maar ik mis het nu al, en ga de discussie die is opgelaaid in ieder geval als journalist, maar zeker ook als enthousiast vrijwillig papierophaler, met interesse volgen.

Want ik mis dat praatje hier en daar, ik mis de groetende mensen, ik mis de sportieve work-out, ik mis de windvlagen die door mijn grijze haren wapperen, terwijl ik stoer zwaaiend achter op die perswagen stond. Ik mis mijn zaterdagse papieren uitje.

Raadslid Marc Oudenhoven van Liberaal LVC gaat, vanwege de chaos van afgelopen zaterdag bij de centrale inleverlocatie van het oud papier bij Soetendaal, hierover in ieder geval vragen stellen in de nieuwbakken gemeenteraad van de gemeente Land van Cuijk. Hij wil dat wethouder David Sölez (Team Lokaal) het probleem ‘direct aanpakt’.

Hopelijk heb ik dus weer snel mijn vrijwillige droombaan terug: papier hier!